IT-manager wordt apps-provider

 

16-07-2012

Legacy, cloud, mobile en apps gezichtsbepalers van IT-landschap

 

Paradigm shift. Helaas een term die de afgelopen jaren in de IT zo vaak ten onrechte gebruikt is, dat de sleet er behoorlijk op zit. Dat is jammer, want als er ooit sprake is geweest van een paradigm shift dan is het nu wel: cloud, mobile en apps geven het IT-landschap een volledig ander aanzien dan enkele jaren geleden, legacy is niet langer een blok aan het been – en de gebruikers maken de dienst uit. Wie had dat een paar jaar geleden gedacht?

De IT-afdeling is bij de meeste organisaties de beschikbaar steller van de infrastructuur, hardware en applicaties die worden gebruikt. Sinds mensenheugenis, bestaat er een discrepantie tussen de manier waarop de IT-afdeling dat doet en het door de gebruikers gewenste flexibel, efficiënt en effectief gebruik van IT. Het IT-management heeft van oudsher de gewoonte de zaken star in te richten, ze erg rigide te maken. Dat vindt zijn reden natuurlijk in bijvoorbeeld beveiliging, bevreesd als men is voor allerlei digitale bedreigingen, zoals besmettingen, inbraak en diefstal. Ik was onlangs nog bij een heel grote consultancy-organisatie waar de mensen naar klanten worden gestuurd met aan alle kanten dichtgetimmerde laptops. Het enige waar ze bij kunnen is het toetsenbord, maar niet bij de settings. Zelfs de screensaver kunnen ze niet wijzigen. Als de laptop wordt aangezet, zoekt hij een VPN-verbinding; kan hij die niet vinden, dan doet hij het verder gewoon niet of nauwelijks. Denkend vanuit de IT-afdeling is dat allemaal best te begrijpen, want hoe houd je alles in de hand? Het draagt echter niet bij - en dat zou IT toch moeten - aan een beter bedrijfsproces dat uiteindelijk een beter resultaat oplevert, materieel of immaterieel. Maar zo zien de zaken er anno 2012 nu eenmaal uit.

AppStore

De ontwikkeling van mobiel IT-gebruik voltrekt zich een beetje hetzelfde als eerder bij Windows for Workgroups. Dat werd toentertijd gepresenteerd als iets dat met name aan de keukentafel zou worden gebruikt. Er werd verwacht dat consumenten Windows for Workgroups adopteerden het mee zouden nemen naar het bedrijfsleven toe. Dat was de kern van de gedachte van Microsoft.

Bij mobiel zie je eigenlijk hetzelfde gebeuren. De mobiele telefoons werden eerst massaal gebruikt door de consument, waarbij de extra functionaliteit van de smartphone in het begin nog werd beperkt tot spelletjes en leuke apps. Maar je ziet het consumentengedrag daarin veranderen: de smartphone is inmiddels een onmisbaar medium voor informatie geworden. Ik las onlangs de term infomanie, de ziekelijke zucht naar informatie, mooi getypeerd door twee mensen die tegenover elkaar in een restaurant aan tafel zitten maar geen oog voor elkaar hebben: ze zijn gefocust op hun telefoon. Ze kunnen hun sociale netwerk niet met rust laten. Consumenten nemen dat gedrag mee naar hun werk. Ze zijn al door de bekende marktonderzoekbureaus zoals Gartner, IDC en Forrester getypeerd als medewerkers die rondlopen met een levensafstandsbediening, in de vorm van hun telefoon. Ze zijn eraan gewend geraakt op die manier informatie te ontvangen en functionaliteit ter beschikking te krijgen. Ze verwachten dat ook op hun werk en ze zullen het IT-management onder druk zetten om dat te realiseren.

Vanuit de bedrijfsgebruiker komen dus vragen zoals ‘Geef mij iets zinvols op mijn telefoon of PDA als ik die bepaalde verantwoordelijkheid moet dragen en die taken moet verrichten'. En dat is eigenlijk een heel gunstige ontwikkeling voor de IT-afdeling: die houdt enerzijds zelf in de hand hoe de beveiliging van de apps in elkaar moet zitten en kan tegelijkertijd open en werkbare functionaliteit gaan leveren aan de gebruikers. Vooral dat laatste zal bij gebruikers in goede aarde vallen, en ze zullen de IT-afdeling gaan zien als iets dat werk en leven gemakkelijker maakt.

De IT-afdeling moet kantelen en een nieuwe IT-discipline worden, die aan de ene kant zorgt dat alles wat oud is en waar ze op willen besparen naar de cloud gebracht wordt; aan de andere kant zullen ze een app-provider gaan worden voor de gebruikers. Dat zal gebeuren in een private app-omgeving waarvan de IT-afdeling alles qua beveiliging zelf in de hand heeft. Anders gezegd: ook voor IT-afdeling wordt het leven gemakkelijker en plezieriger.

Sommigen zullen tegenwerpen dat de mooie functie van IT-manager verandert in een soort snackbarbeheerder. Ik kijk daar anders naar: de IT-manager wordt degene die de applicatie- en informatie-infrastructuur van een organisatie beter kan inzetten voor de gebruikers. Een snackbar hoeft overigens helemaal niet slecht te zijn; er zijn er van buitengewoon goede kwaliteit. Als een medewerker een kroket wil eten, zal hij beter gaan functioneren door het eten van een superkroket dan van een die grenst aan voedselvergiftiging. Veel gebruikers zeggen nu: ik heb een telefoon vol met dingen gekregen die ik heel misschien ook in mijn werk zou kunnen gebruiken. Dat moet en dat kan ook anders, door de IT-afdelingen apps van veel betere kwaliteit en toegesneden op de bedrijfsapplicaties te laten leveren. De IT-manager wordt dus een soort AppStore, specifiek voor de eigen organisatie.

Apps kunnen natuurlijk niet alleen binnen, maar ook buiten de organisatie worden gebruikt. Dat past bijvoorbeeld prima in het concept van de klantgestuurde onderneming. Klanten krijgen apps ter beschikking gesteld, waarmee de organisatie ze nog beter bedient - en nog vaster aan zich bindt. Dat heeft overigens ook de nodige impact voor bedrijfsprocessen. Als een klant ziet dat er een app beschikbaar is, zullen zij nauwelijks formulieren meer invullen, om maar een voorbeeld te geven. Dat vereist interne aanpassingen.

Ook aan de andere kant van de supply chain - die van de logistiek en toeleveranciers -zullen apps beschikbaar komen. Er komt dus een sterk onderscheid tussen de interne apps, waar de eigen mensen mee werken en hun functies mee uitvoeren, en apps die je beschikbaar stelt aan beide zijden van je supply chain.
Het is interessant om te zien hoe de toekomstige IT-afdeling de kwaliteit van de apps gaat beheren en welke procedures en protocollen er worden bedacht voor de acceptatie van nieuwe apps en de beschikbaarstelling ervan buiten de organisatie, naar beide zijden van de supply chain. Kan bijvoorbeeld ITIL hierin een rol spelen?

Geen blok aan het been

Legacy is in de IT-wereld feitelijk een verzamelnaam voor ‘alles wat er al staat'. Daar is de organisatie aan gewend en vaak ook aan gehecht geraakt. Legacy betreft niet alleen
soft- en hardware; het betekent ook dat de primaire bedrijfsprocessen daarmee zijn ingericht. Kortom, legacy maakt onderdeel uit van de bedrijfscultuur. Dat is één van de belangrijke redenen dat ondernemingen lang aarzelen om de cloud in te stappen en de voordelen daarvan te genieten. Voordelen die vooral terug te vinden zijn in de kosten en in de verworven flexibiliteit. Daarbij hoort wel de aantekening dat cloud computing alle karakteristieken van een vendor lock-in heeft. Maar dat terzijde.

Apps zullen die legacy gaan ontsluiten. Applicaties voor de financiële afhandeling zijn bij de meeste organisaties geprogrammeerd in RPG en Cobol. En dat zal nog lange tijd zo blijven, simpelweg omdat iedereen weet dat het echt bugfree is. Dat zijn toepassingen waarvan je niemand ook maar aanstalten ziet maken om dat eens driftig in een ander platform om te zetten. Organisaties zullen ze blijven gebruiken en laten draaien op machines die daarvoor geëigend zijn. Bovendien kunnen grote financiële instellingen leveranciers dwingen om machines te blijven leveren waar hun oude software op kan draaien.

De huidige generatie integratiesoftware is perfect in staat om een applicatie als SAP R3 te ontleden naar specifieke functies en die in de vorm van een app naar een mobiele gebruiker te brengen, een techniek die via een cloudconstructie al wordt toegepast. Op die manier kan ook legacy voldoen aan de huidige wensen en eisen van de gebruikers.

Legacy hoeft dus helemaal geen blok aan het been te zijn. Het gaat er alleen om hoe de zaak kan worden opgedeeld in stukken die zouden kunnen worden overgezet in een soort ontwikkelingsapplicatie, die dan rechtstreeks toegang heeft tot het grote, oude, vaste systeem. Als je die opdeling hebt, dan kun je dat technisch omvormen. Kies dus een platform die dat kan, ook met heel oude legacy, geschreven in bijvoorbeeld Cobol IDW. Een platform dat de functionaliteit ervan opneemt en transformeert naar iets dat in andere vormen op andere plaatsen kan worden gebruikt. Bijvoorbeeld als app, op de mobiel, in de cloud. Met de stand van de moderne integratietechnieken bestaat de drang om van legacy af te komen dus helemaal niet. Ook met zeer oude legacy kan een organisatie wel degelijk meedoen met een moderne afhandeling van bedrijfsprocessen.

Er waait echt een app-storm over de wereld. De veranderingen zijn bij veel IT-afdelingen al in gang gezet en ik verwacht dat de volledige kanteling naar de nieuwe IT-discipline binnen drie jaar zal zijn voltrokken. Het zal niet gemakkelijk zijn, maar onvermijdelijk.

John Verwaaijen  Computable

Index